Ik ben geen held. Tenminste niet één die telt. Maar ik doe mijn best te blijven staan.
Met deze tekst uit het nummer ‘Schoolplein’ diskwalificeert mijn held zich in één klap voor deze rubriek. Tenminste dat zou je zo maar eens kunnen denken. Maar het ligt iets genuanceerder. Want ben je niet eigenlijk pas een echte held als je je held-zijn stug verborgen houdt voor de buitenwereld? Dat is tenslotte wat alle helden met elkaar gemeen hebben. Want naast het redden van de mensheid of onze planeet is dat stiekeme gedoe het belangrijkste ingrediënt van vrijwel elk heldenrecept.
Goed. Mijn held kan dus toetreden tot de Titanen der Titanen. Hij is tenslotte die van mij en ik ben de columnist van dienst.
Een multitalent is een mooi woord voor iemand die heel veel dingen net goed genoeg kan en in een aantal daarvan écht uitblinkt. Dat is precies wat mijn held doet. Hij legt daarnaast ook nog vaak zijn vinger op de gevoelige snaar. Maar het is niet zijn gitaarspel dat mij doet besluiten hém tot mijn held te maken in deze column.
De meeste mensen kennen hem als zanger of cabaretier, als acteur, auteur (sinds kort) of gewoon als Bekende Nederlander. Maar mijn held is bovenal een verhalenverteller. En ik houd van verhalen. Zo ben ik ooit met mijn neus in de boeken terechtgekomen en later het 'vak' ingerold. Voor en door die verhalen.
Mijn held: Thomas Acda. Woordenkunstenaar. Ik hoor en lees combinaties van woorden die samen zinnen vormen die ik nooit eerder hoorde of las. Verhalen met een verhaal in het verhaal. Teksten die je zelden in één keer goed interpreteert, maar ook nooit echt verkeerd. Een heel oeuvre van stuk voor stuk mooie zinnen die liedjes zijn geworden en bovenal een geheel eigen betekenis kregen in mijn leven. Mijn persoonlijke top 5.
5. Ik ben mezelf niet of al die jaren niet geweest.
Precies zoals het nummer is bedoeld. Amper vierentwintig was ik en hopeloos verstrikt geraakt in een opwindende, onmogelijke en alles vernietigende liefde. Ik werd volwassen
4. Als je bij me weggaat mag ik dan met je mee.
Het stond echt op mijn eerste trouwkaart. Het feit dat ‘eerste’ impliceert dat er ook een tweede is, bewijst dat leugens soms écht gedrukt worden. Toen het zo ver was mocht ik in ieder geval niet met haar mee.
3. Ik wil gewoon die man zijn, de man zijn die jij maakt dat ik me voel.
Dát is ware liefde. De vrouw die dat voor elkaar krijgt moet je houden. Die vrouw is de moeder van mijn fantastische kinderen.
2. Het leven is wat je gebeurt, terwijl je andere plannen maakt.
Mijn leven in elf woorden. De afgelopen vijf jaar in het bijzonder. Ik kan er een boek over schrijven. En dat doe ik dan ook.
1. Als je je doelen hebt bereikt, dan heb je de lat niet hoog genoeg gelegd.
Dat dus.
Column geschreven voor De Titaan.